Limburgse corporaties en Provincie slaan handen ineen voor versnelling op verduurzaming

esther

De Limburgse corporaties pakken samen met de provincie de verantwoordelijkheid voor een duurzame, aardgasvrije woningvoorraad in Limburg. De acht grootste corporaties alleen al, hebben voor de komende drie jaar ruim 1,2 miljard begroot om te investeren in verduurzaming. Maar er is meer nodig. Om versnelling te realiseren zijn collectief afgestemde inspanningen van diverse partijen én een focus op een gemeenschappelijke versnellingsagenda harde randvoorwaarden. Daarom is gekozen voor een programma bestaande uit drie Limburgse kraamkamers voor versnelling waarvoor een financiële bijdrage aan het Rijk gevraagd is.

C8

De samenwerking tussen de corporaties HEEMwonen, Servatius, Weller, Wonen Limburg, Wonen Zuid, Woonpunt, Woonwenz, ZOwonen en de Provincie Limburg is vandaag vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst én is onderdeel van het zogeheten Limburgs Aanbod, dat op 18 april aan het kabinet  is overhandigd. Hiermee wil Limburg met concrete projecten en met ruim 40 partners, waaronder ook de andere woningcorporaties, de komende jaren slagen maken in het kader van de energietransitie in Limburg. Deze slagen maken kunnen de partners niet alleen. Twee vereisten voor de versnelling zijn de substantiële bijdragen van Rijk, Provincie en gemeenten én het uitblijven van een verdere lastenverzwaring voor de corporaties.

Veel ‘vernieuwbouw’ op relatief oude woningmarkt
De verduurzamingsopgave van de gebouwde omgeving in Limburg is, juist ook in combinatie met de krimpopgave, complex en groot. Zowel in aantal woningen als in geld. In Limburg is grootschalige nieuwbouw nauwelijks aan de orde gezien de demografische ontwikkeling van de provincie. Omdat Limburg een wat ouder woningenbestand heeft dan de rest van Nederland is er vooral sprake van ‘vernieuwbouw’ (bestaande woningen vernieuwen). Dit biedt veel kansen. Limburg moet nu versneld investeringen plegen in vooral bestaande gebouwen. Daarbij gaat het om zowel particuliere woningen als sociale woningen als ook fabrieken, scholen en kantoren. Enerzijds door besparing (beter isoleren en het verkleinen van de warmte- en energievraag), maar anderzijds steeds vaker door inzet van een gebiedsgerichte aanpak met alternatieve energievormen.

Versnellingsaanpak
Om snelheid te maken en daadkrachtig aan te pakken is gekozen voor een programma bestaande uit drie Limburgse kraamkamers voor versnelling. Belangrijke selectiecriteria voor de projecten binnen de kraamkamers zijn dat ze geografisch (wijk of regio) of thematisch van aard zijn, dat ze in samenwerking met andere partijen worden uitgevoerd en dat er sprake is van een vernieuwende aanpak of nieuwe alliantie.

Er wordt binnen de samenwerking een aanpak ontwikkeld die kansrijk is voor een bredere duurzame toepassing en opschaling binnen Limburg en Nederland. Op deze wijze wordt een substantiële bijdrage geleverd aan de energietransitie en CO2-reductie.

De drie kraamkamers voor versnelling zijn:
1)    Het verkennen, inzetten en verder opschalen van duurzame warmtenetten. De ambitie is om binnen de looptijd van vier jaar minimaal 2.000 woningen aan te sluiten.
2)    Het herstructureren van een aantal Limburgse wijken, samen met onder andere particuliere vastgoedeigenaren, netbeheerders en gemeenten.
3)    Het verduurzamen van het bezit van de woningcorporaties binnen woongebouwen van Verenigingen van Eigenaren (VvE). Daarbij gaat het vooral om appartementencomplexen waar het percentage particuliere eigenaren hoger is dan het percentage corporatiebezit.

Achtergrond
Het kabinet heeft voor klimaat de doelstelling geformuleerd om te komen tot een broeikasgasreductie van 49% in 2030 ten opzichte van 1990. De gebouwde omgeving is goed voor ruim 30% van het totale energieverbruik in Nederland. Om 49% CO2-reductie in 2030 te realiseren, moet de gebouwde omgeving substantieel bij te dragen. Als de gebouwde omgeving in 2050 CO2-arm moet zijn, betekent dit dat er in Nederland zo’n 200.000 woningen en andere gebouwen per jaar aardgasvrij gemaakt moeten worden tot 2050.

 

Uitgelicht

Zoeken